Maas Geesteranus
Familievereniging

Zoeken

Taal weergave

Login Formulier

Enkel familieleden en aanverwanten krijgen toegang tot de afgeschermde informatie.

Pieter Gilleszn Maas (1713-1766) - levensverhaal

Pieter Gilleszn Maas (1713-1766) werd op 12 juli 1713 gedoopt in Den Haag.
Hij was het tiende kind van Gilles Maes (1677-1726) en Arendje Hogervorst (1677-1751).

Pieter Gilleszn was sajet- en zijdeverver, wolbereider en koopman in Den Haag. Hij kwam in 1760 naar Delft waar hij (samen met zijn zoon Cornelis Pieterszn (1741-1811)) werd aangesteld als conciërge/binnenvader in twee, onder één college van regenten werkende tehuizen: het Sint Jorisgast- en dolhuis en het Tucht- en werkhuis aldaar.

In het Tuchthuis werden de armen, landlopers en wezen aan het werk gezet. Zij moesten er spinnen en weven.
Met Pieter Gilleszn kwam een koopman en fabrikant van de eerste rang aan het hoofd der inrichting.
Al direct werden Pieter Gilleszn Maas en zijn zoon voorzien van 25 blanco biljetten ter verkrijging van hem verleende vrijdom van imposten. Ook kregen ze in 1760 een lening van de stad Delft van 4000 gulden en aan het eind van dat jaar nóg een lening van 6000 gulden voor bedrijfskapitaal van baay- en corsaay-nering en een wolkammerij.
In 1766 verkregen ze nog een hypotheek op zijn huis en ververij in het pand “het Vliegend Kind”, dat aan de westzijde van de Voorstraat stond en waar zoon Cornelis woonde.
Pieter Gilleszn en zijn zoon beschikten daarmee over een van stadswege gesubsidieerde lakenfabriek, die overigens wel de kurk was waarop het Tuchthuis financieel dreef. Voor de plaatselijke werkgelegenheid was de Delftse textielindustrie van grote betekenis.

Pieter Gilleszn was waarschijnlijk lid van het Sint Nicolaasgilde, een gilde van kooplieden in Delft.

Pieter Gilleszn Maas trouwde op 5 maart 1741 met Jannetje Schommers (1721-1755).
Zij kregen 8 kinderen, waarvan Cornelis Pieterszn Maas (1741-1811) de eerste was. Moeder Jannetje stierf 3 maanden na de geboorte van haar achtste kind.

Daarna trouwde Pieter Gilleszn met Anna van Mansvelt (1733-1794). Zij kregen zeven kinderen, waarvan Willem (1758-1794) de tweede was. De eerste zoon Abraham Cornelis overleed al na 3 maanden.

Pieter Gilleszn Maas overleed in 1766. Op 7 maart werd hij begraven.

Bovenstaande informatie is ontleend aan:
- mr. L.G.N. Bouricius: “Geschiedenis van het Sint Joris Gasthuis te Delft” (1927).
- J.A. Maas Geesteranus: “De voorgeschiedenis van het Geslacht Maas Geesteranus” (1976)
- G.A. Maas Geesteranus: “De Delftse Geschiedenis van het Geslacht Maas Geesteranus in de 18e en 19e eeuw” (december 1995).