Maas Geesteranus
Familievereniging

Zoeken

Taal weergave

Login Formulier

Enkel familieleden en aanverwanten krijgen toegang tot de afgeschermde informatie.

Schilderijen & Gravures

Het bestuur der Maatschappij tot indijking der Waard- en Groetgronden in Noord-Holland, bezig met het houden eener aanbesteding

Het bestuur der Maatschappij tot indijking der Waard- en Groetgronden in Noord-Holland, bezig met het houden eener aanbesteding.

Afgebeeld zijn staand van links naar rechts: A.R. Sloos, H. Portener, P. Visser, Dekker, P. v.d. Sterr (hoofdopzichter), Langeveld, Limbeek, Van Doorn, Schram, J. Lanser, Langeveld, Jan Kaaij, (opzichter), I. van Haaften, A. Prins, P. Slotemaker. Zittend van links naar rechts: L.R. Bisschofsheim, I van Oosterwijk Bruin, mr. A.J.C. Maas Geesteranus (Adriaan Jan Cornelis MG (1805-1871)), De Kruiff (hoofdingenieur), E.T. Schellinga Wineterberg, Jhr. Mr. M. Hoeufft van Velsen, Bruno Tideman, C.J. van Gent, (ingenieur), C.J.L. Portman (concessionaris), H. Koomen (concessionaris).

De vervaardiger C.J.L. Portman heeft zichzelf als octrooihouder afgebeeld en vond dat waarschijnlijk genoeg. Hij zit tweede van rechts, de eerste van rechts is Hendrik Koomen. Hij was kandidaat notaris en had samen met de schilder het octrooi aangevraagd en gekregen.

Dit schilderij in bezit van het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier te Heerhugowaard.

Conspirateurs

ConspirateursClare Af-beeldinghe, ofte Effigien, der voornaemste conspirateurs, staende op het Lichaem vande Hoofdeloose Arminiaensche Slange, Waer in vertoont word hoe den OrangienBoom, mitsgaders Religie ende Justitie (in spijt van 't Bedrogh, en den vervallen Boom) door de strael Gods, beschermt word.

Cornelis Geesteranus (geb 1588), staat hier in afgebeeld in portret no. 9.

Deze prent is aanwezig in de collectie van remonstrantse prenten in de bibliotheek van de Universiteit van Amsterdam.

MG Familiewapen

Beschrijving van het familiewapen

Familiewapen Maas Geesteranus Gevierendeeld:
I en IV (Maas)
a. in rood drie gouden sterren,
b. in zilver gaande rode leeuw.
II en III (Geesteranus) in blauw een gouden vaas op een drievoet en drie zilveren struisveren oprijzende uit de vaas.
Helmteken: een uitkomende rode leeuw.
Dekkleden: links: zilver en rood, rechts: goud en blauw.
Opmerking: De tak Zuid-Scharwoude voert zilveren sterren in plaats van gouden.

Literatuur

1. Nederlands Patriciaat, 8e Jaargang. (het hier beschreven wapen, met de volgende vermelding: Enkele takken voeren zilveren sterren in plaats van gouden).

2. Rietstap, Armorial Général (het hier beschreven wapen met sterren van zilver).

Opmerkingen

De bestaande afbeeldingen en stempelafdrukken van bovengenoemd wapen Maas gaan niet verder terug dan de tweede helft van de 18de eeuw. Een tekening uit de 17de, gevonden in de nagelaten papieren van Jan Gilliszn. van der Maes, vertoont een wapen dat sterk afwijkt van het tegenwoordige en van alle ons bekende wapens van gelijknamige geslachten uit deze gewesten: Doorsneden: a. drie rode bollen, b. in zilver een klimmende zwarte leeuw. Helmteken: een gouden en een rode wiek. Dekkleden: rood en goud.

Nanning van Foreest (1529-1592)

Nanning van Foreest (1529-1592)Nanning van Foreest (1529-1592)

Citaat van het Stedelijk Museum Alkmaar:

Nanning (1529-1592) is zittend weergegeven. Met de linkerhand houdt hij een boek open dat rust op zijn schoot. Hij werd geboren in Alkmaar, studeerde in Leuven (1548). Op 30/6/1559 huwde hij Christine Queeckel (overl. 1560). In 1566 huwde hij Maria van Hattum (1533-1624). Zij kregen 7 kinderen: Margriet (1560-1612), Jorden (1568-1625), Albrecht (1572-1598), Heilwich (1576-1598), Nanning (1578-1668) en twee jong overleden dochters. Vanwege zijn geloof is hij enige tijd uitgeweken geweest naar Emden. Tekst: in christo quies/aetatis 62 anno 1591. Op achterkant in witte verf: Nanning Jordensz v. Foreest geb. 1529 en Nanning:for:fil:Jord. Het portret is later vergroot het bestaat uit: 3 verticale planken van 188; 307; 178 mm, hieronder een horizontale plank van 125 mm en links en rechts hiervan twee verticale planken van ca 70 mm elk.

Jorden van Foreest (1494-1559)

Jorden van Foreest (1494-1559)Jorden van Foreest (1494-1559), vader van Nanning van Foreest.

Citaat van het Stedelijk Museum Alkmaar:

Hoewel de teksten op de achterzijde van dit paneel suggereren dat dit het portret is van Jorden Dircksz van Foreest (cat.nr. 109), moeten we aannemen dat het hier om diens enige zoon Jorden Jordensz gaat (1494-1559). De levensdata die eveneens vermeld staan, bevestigen dat ook. Jorden Jordensz van Foreest was getrouwd met Margriet Nanning Beyersdr die stierf in 1546. Het echtpaar kreeg een groot aantal kinderen. Hij was zeer gelovig en bekleedde vele belangrijke functies. Zo werd hij door bemiddeling van zijn nicht Ursula van Borselen benoemd tot vicaris van het St. Jacobsaltaar te Haarlem. In 1517 trad hij toe tot het Papengilde, een vereniging van de katholieke Alkmaarse elite. Tussen 1522 en 1546 bekleedde hij de functie van schepen en thesaurier en was lid van de vroedschap van Alkmaar. Van 1538 tot 1541 was hij kerkmeester van de - toen nog katholieke - Grote of Sint Laurenskerk, baljuw van Bergen en leenman van Holland. Hij bekleedde verscheidene jaren het ambt van burgemeester van Alkmaar. Tevens was hij betrokken bij de werken aan de Hondsbossche Zeewering. Als kerkmeester is Van Foreest nauw betrokken geweest bij de totstandkoming van het reusachtige altaarstuk dat Maarten van Heemskerck tussen 1538 en 1543 vervaardigde voor de Grote of Sint Laurenskerk. Zijn naam komt regelmatig voor in de contracten die tussen 1538 en 1541 werden gesloten. Zelf is hij weergegeven op het rechter buitenluik van het drieluik. Dat portret vertoont veel overeenkomsten met het hier besproken 17de eeuwse schilderij.Toch kan niet zonder meer worden geconcludeerd dat de kop op het altaarstuk als model heeft gediend voor dit portret. Daarvoor lijken ze niet genoeg op elkaar. Bovendien werd het altaarstuk al voor 1566 naar Zweden verscheept. We mogen aannemen dat de 17de eeuwse kopiist heeft het daar nooit heeft gezien. Er is nog een andere 17de eeuwse kopie bekend, die lijkt op het hier besproken portret. Dit bevond zich in 1944 in de collectie Van Loon te Amsterdam, waar het thans is, weten we niet.